De kindermoord
Het volk werd talrijker (Rasji leert in zijn commentaar op vs. 7 dat vrouwen in één zwangerschap zes kinderen baarden), ondanks dat de slavernij werd opgevoerd. Sorah 12b leert dat de reden waarom par’oh kindermoord op jongetjes beraamde omdat zijn astrologen hem vertelde dat de verlosser van de Joden bijna geboren zou worden. Mosje werd idd rond dezelfde periode geboren.
vs. 22…lechol ammo… zijn hele volk…. Sota 12a leert dat de astrologen van par’oh wisten op welke dag Mosje geboren zou worden. Zij zeiden tegen hem: vandaag wordt hun redder geboren, maar wij weten niet of hij uit Egypte dan wel uit Israël zal komen…(S.R. 1. Ook zien wij dat hij door water gestraft zal worden. Dat was de reden – leert Rasji - waarom par’oh gelaste dat alle geboren baby-jongetjes van die dag – ook Egyptische – verdronken moesten worden. Mosje werd die dag geboren in een Joodse familie en groeide binnen par’oh’s eigen hof. Mosjes zonde dat zijn intocht in het Heilige Land kostte kunnen we lezen in Bamidbar/Num. 20, parasja Choekas.
Par'o zei tegen de voedvrouwen naar aanleiding van zijn voornemen om Joodse jongetjes te laten vermoorden: 1:16...we'im-bat hoe' wachajah...en als het een dochter is, zal zij leven.... Tegen de Egyptenaren zei hij: ...wechol-habat techajoen... en iedere dochter laten jullie leven! Vs. 22. Wat is het verschil in deze opdracht?
Tegen de voedvrouwen gaf par'o aan dat de meisjes bleven leven, maar tegen de Egyptenaren was het zelfs in de gebiedende wijs dat de meisjes moesten blijven leven. M.a.w. de Egyptenaren moesten er alles aan doen om de meisjes in leven te houden. Dit in het kader om de nesjomot (Joodse zieltjes) van de meisjes te breken middels een Egyptische opvoeding!
1:21...waja'as lahem batiem...hij maakt voor hen huizen..... Hasjem beloonde de trouw van Jochebed (Shifra) en Miriam (Puah), resp. de moeder en zus van Mosje, dat zij als voedvrouwen de Joodse baby's weigerden te vermoorden. Jochabed bracht de kohaniem en de levi'iem voort. Miriam is voorouder van Dawied hamelech (Sotah 11b; RaSji). Een van de kleinzonen van RaSji, RaSjBam leert dat paro'de hizen voor Jochabed en Miram had gebouwd, zodat zij onder huisarrest van hem kwamen te staan. Hierdoor kregen zij veel moeilijker de mogelijkheid de baby's in leven te laten.
|