Zij smeden een listige aanslag tegen uw volk en beraadslagen tegen uw beschermelingen.
Zij zeggen: Komt, laten wij hen als volk verdelgen, zodat aan de naam van Israel niet meer wordt gedacht.
Want zij hebben eensgezind beraadslaagd, tegen U een verbond gesloten

Ps. 83:3-5

Dit jaar is het de zestigste Bevrijdingsjaar. Ieder jaar herdenken wij de ruim 6.000.000 Joden, waarvan een anderhalf miljoen kinderen, die op een systematische wijze in WOII zijn omgebracht. Dit wordt de holocaust genoemd. Deze benaming dat uit het Grieks en Latijn komt, betekent letterlijk brandoffer. De Dikke van Dale vertaalt het met "algehele vernietiging, met name van de Joden in de Tweede Wereldoorlog => jodenvernietiging".

Sjoa betekent "vernietiging" en volgens de Dikke van Dale "totale uitroeiing". Jom hasjoa is de dag dat deze slachtoffers, die tijdens WOII werden vervolgd en vermoord, worden herdacht. Maar er wordt ook bij de overlevenden van deze weerzinwekkende afschuwelijkheden stil gestaan.

Jom hasjoa vindt jaarlijks plaats in de voormalige Hollandsche Schouwburg. In die schouwburg in Amsterdam werden tijdens de oorlog tienduizenden Joodse mensen bijeengedreven voor ze naar Westerbork werden getransporteerd. Omdat het er al snel vol was, werden de kinderen tot dertien jaar opgevangen in een creche aan de overkant van de straat. Vanuit deze creche, die minder goed werd bewaakt dan de Schouwburg, zijn ongeveer 600 kinderen gered door 4 verzetsgroepen. Een van de verzetsgroepen was de Amsterdamse Studentengroep onder leiding van de niet-Joodse rechtenstudent Piet Meerburg. In koffers, vuilnisbakken en kinderwagens zijn ze uit de creche gesmokkeld. De redding werd door Joodse verzetsmensen georganiseerd in nauwe samenwerking met niet-Joodse verzetsgroepen.