22 Chesjwan 5785 | 23 november 2024
Artikelen
Jodendom in praktijk     Hasjkafa     Feest- en Gedenkdagen     Samenleving     Geschiedenis     Antisemitisme     Israël     Media     Publicisten     
Tsedaka - liefdadigheid - als levensheiliging
Publicatiedatum: woensdag 29 mei 2019 Auteur: Opperrabbijn Evers | 1.519 keer gelezen
Opperrabbijn R. Evers, Tsedaka [geven aan een goed doel] »
Opperrabbijn R. Evers neemt het eerste kistje Meischol in ontvangst uit de hand van de heer Cor Verkade bij een liefdadigheidsveiling op de visafslag van Urk waar door de vissers van Urk en vele anderen het recordbedrag van 142.000 euro werd gehaald voor ALEH NEGEV in Israel.

G’d heeft de wereld opzettelijk niet perfect geschapen om ruimte te laten voor de mens om deze wereld te vervolmaken. Onze Wijzen schroomden niet te verklaren, dat de mens, door bepaalde daden die in het verlengde liggen van het scheppingswerk en passen in het totale scheppingsplan, als het ware ‘deelgenoot G’ds’ wordt. Een grootse opdracht voor de mens: het vervolmaken van de schepping, dat zijn bekroning zal krijgen in de ge’oela sjelema ‑ de uiteindelijke en volledige verlossing in de dagen van de Masjie’ach. Het middel en de leidraad hiertoe werd gegeven op de berg Sinaï: de Tora en de mitswot.

De vestiging van het ‘Koninkrijk G’ds’ op aarde.
Het vestigen van het ‘Koninkrijk G’ds’ op aarde is geen loze kreet. Het krijgt een zeer concrete inhoud binnen de joodse optiek. Het doel van de mitswot (geboden) is het puur‑fysieke aardse te zuiveren en te verheffen, waardoor ook het meest alledaagse als het ware wordt opengesteld voor het Bovenaardse.

Deze gedachte krijgt met name bij de mitswa van tsedaka duidelijke inhoud. Tsedaka wordt voornamelijk afgezonderd van onze inkomsten uit dienstbetrekking of onderneming. Het afstaan van tsedaka aan minderbedeelden en Tora‑geleerden ‘heiligt’ en geeft een gewijd karakter aan hetgeen zo aards en werelds lijkt: het hebben van een dienstbetrekking of het drijven van een onderneming om in onze dagelijkse en alledaagse behoeften te voorzien.

Hoewel men slechts een gedeelte van de inkomsten aan tsedaka afstaat, verheft men via het offeren van tsedaka de overige inkomsten en inkomstenbronnen boven het alledaagse. De mens creëert zodoende een soort ‘woonplaats’ voor de Allerhoogste in de lagere wereld, in de arena van de struggle for life.

G’d wilde, dat de mens Hem zou erkennen zelfs in de meest aardse en materiële bezigheden.

Het gebod van tsedaka wordt in de Talmoed (B.T. Soekka 49b en Bawa Batra 9a) gelijkgesteld met alle offers. Door het brengen van een dieroffer in de Tempel werd de gehele fauna tot G’d ‘opgeheven’; door het offeren van de voorgeschreven maat fijn meel vermengd met olie werd de flora geheiligd; zo ook krijgt het werken voor het dagelijks brood een gewijd karakter door het ‘offeren’ van tsedaka.

In de Talmoed (B.T. Bawa Batra 9a) staat verder, dat tsedaka opweegt tegen alle andere geboden. In de Jeruzalemse Talmoed wordt tsedaka ‘het gebod’ bij uitstek genoemd omdat in de mitswa van tsedaka het effect van het vervullen van de G’ddelijke geboden in het algemeen het sterkst tot uiting komt.

Copyright © 2019 Jodendom Online
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.