21 Chesjwan 5785 | 22 november 2024
Artikelen
Jodendom in praktijk     Hasjkafa     Feest- en Gedenkdagen     Samenleving     Geschiedenis     Antisemitisme     IsraĆ«l     Media     Publicisten     
Neila uitgaande Jom Kippoer
Publicatiedatum: maandag 07 oktober 2019 Auteur: Opperrabbijn R. Evers | 1.467 keer gelezen
Jom Kippoer, Opperrabbijn R. Evers »
Neila uitgaande Jom Kippoer We blazen direct na Ne’ila op de sjofar. Dat we op Rosj Hasjana en Jom Kippoer op de sjofar moeten blazen leiden we af van het sjofar blazen gedurende het vijftigste jaar, het Joweel jaar. Slaven werden vrijgelaten en alle landerijen werden teruggegeven aan de oorspronkelijke eigenaren.

Rabbi Aharon haLevi (13e eeuw, Barcelona) legt de betekenis uit van deze algemene plicht om op de Sjofar te blazen iedere 50e Jom Kippoer.

Het vrijlaten van slaven was niet eenvoudig. Om economische redenen was het lucratief om slaven te houden. Er bestonden geen sociale verzekeringen, hoewel de slaaf doorgaans goed verzorgd werd. Maar voor wat eten en onderdak had men de beschikking over non-stop bediening.

Vrijlating was verlies. Maar wanneer iedereen op de Sjofar blaast en allen vrijlaten dan is het veel makkelijker om mee te doen. Als iedereen verliezen lijdt, is het voor allen makkelijker om de Tora-opdrachten te volgen.

Rabbi Aharon haLevi benadrukt hoe belangijk het is dat iedereen meedoet. Want uit de sociale psychologie weten we dat er niets dwingender is dan de slogan “iedereen doet het”.

De sociale druk toont hoe belangrijk de invloed van de gemeenschap kan zijn. Daarom is het zo belangrijk om een goede omgeving te kiezen voor ons en onze kinderen. Dit geldt even sterk voor kinderen als voor volwassenen. Daarom moet er op de Sjofar worden geblazen door het hele land.

Op Jom Kippoer van het 50e Joweeljaar blazen wij dezelfde tonen als op Rosj Hasjanna, een lange toon (tekia), een gebroken toon (teroe’a) en weer een lange toon. De Sjofar-tonen herinneren ons aan de Akedat Jitschak, het binden van Jitschak. De opofferingsgezindheid van onze Aartsvaders betekent ook iets voor ons. Op Rosj Hasjanna wordt van ons met name ons hart en onze ziel gevraagd.

Maar gedurende Jom Kippoer van het Joweeljaar wordt ook onze hang naar rijkdom op de proef gesteld. Er zijn mensen die meer om hun bezittingen geven dan om hun eigen leven.

Dit is de beproeving van onze generatie. Zijn wij in staat om van onze grote rijkdommen, onze luxe en onze welvaart iets af te staan voor goede doelen?

Vrijheid
Vrijheid is het centrale thema in het vijftigste jaar. We worden wederom op onszelf teruggeworpen. Wat is het joodse concept van vrijheid?

Vrijheid is een groot goed. G’d wil, dat wij ons direct tot Hem verhouden, zonder tussenpersoon. We zijn niet gebonden aan een bemiddelaar. We moeten alles zelf klaren met het Opperwezen.

De sjofar van Ne'ila is verbonden met de sjofar van Jom Kippoer van het Jovel jaar. De Torah zegt met het oog op het Joweel jaar: "Verkondig vrijheid in het hele land" (Leviticus 25:10). Wat is deze vrijheid waarover de Tora het heeft? Wat is het joodse begrip vrijheid?

HaSjeem gaf Mosje de Stenen Tafelen met de Tien Geboden. De Tien Geboden waren "charut al haluchot- gegraveerd op het steen”. De Toratekst heeft geen punctuering. In de Tora staan alleen medeklinkers en geen klinkers. Men kan de tekst "charut al haluchot" ook anders lezen. Dat doet de Talmoed dan ook. We moeten lezen "cherut al haluchot - vrijheid op de Stenen Tafelen". Vrijheid in de Tora is totaal anders dan het seculiere begrip vrijheid.

Twee duizend jaar geleden discussieerden rabbi Jehuda HaNassi en de Romeinse gouverneur in Israel, Antoninus, over de vraag wanneer onze jetser hara – onze aardse, materiele levenskracht met ons lichaam verbonden wordt. Rabbi Jehudah zei dat dat op het moment van de conceptie gebeurt. Antoninus meende echter dat dit onmogelijk was: “als een kind bij de conceptie reeds een jetser hara heeft, dan zou de foetus zich direct uit de schoot van zijn moeder naar buiten werken. Daarom, zei Antoninus, komt de jetser hara pas binnen bij de mens bij zijn geboorte”. Rabbi Jehuda gaf toe dat Antoninus gelijk had.

Maar waarom zou de foetus de baarmoeder willen verlaten? Hij of zij heeft een geweldig leven daar in de buik bij zijn moeder. Hij wordt totaal verzorgd en hoeft nergens moeite voor te doen. Waarom zou een embryo zich naar buiten werken en zichzelf prematuur in levensgevaar brengen?

Anders dan de meeste mensen denken is de jetser hara, onze aardse materiele neiging niet alleen uit op het radikaal bevredigen van onze fysieke verlangens maar zoekt tegelijkertijd ook – en misschien wel voornamelijk – totale, ongebreidelde vrijheid. De jetser hara is wars van iedere beperking, veelt geen enkele autoriteit, kent geen terughoudendheid en verwerpt alle soorten van beperkingen. Koste wat het kost zal hij zich uit de moederlijke beperkingen willen losmaken. Ook al kost hem dat zijn leven.

In onze moderne wereld streven we naar totale, radikale vrijheid zonder restricties. Maar helaas is dit soms zelfdestructief. Het kan destructief zijn voor onze lichamelijke gezondheid zoals bij gebruik van drugs en dan zijn wij verworden tot slaaf van onze passies.

Maar het kan ook desastreus zijn voor ons joodse bewustzijn. Dit is geen vrijheid maar roekeloos gedrag. We mogen niet spelen met onze Yiddishkeit.

Ware vrijheid is bij ons geen onbeperkte losbandigheid “doe of kies of beslis maar zelf wat je wil”. Charut al haluchot – ingegraveerd op de Stenen Tafelen is vrijheid om een goed en verantwoord te leven. Wij zoeken een leven met inhoud, een leven met een doel, een leven dat opbouwt tot een hoger niveau. Een leven dat de vorige generaties verbindt met de komende generaties. En dat kunnen we alleen met elkaar, hier in onze joodse gemeente.

Ik wens u goede aandacht bij de gebeden. Ne’ila is de laatste gelegenheid om het nog goed te maken met onze medemens en met G’d. Veel inspiratie!

Sjana tova, sjanim rabbot!



Copyright © 2019 Jodendom Online
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.