Even een paar technische details: hoeveel wijn of druivensap drinken we vrijdagavond? Een revi’iet! Vrijdagavond is kiddoesj een mitswa (gebod) uit de Tora en proberen we ook de zwaardere meningen te volgen. De Chazon Iesj stelt dat we als revi’iet bijna 150 cc moeten drinken maar volgens de Misjna Beroera is 130 cc voldoende. Voor de kiddoesj Sjabbat ochtend (hetgeen een mitswa van de Rabbanan = Rabbijnen is) volstaat men met 97,5 cc volgens Rabbi Mosje Feinstein en 86,4 cc volgens Rabbi Chaim Na’e.
Wat doen we als er geen wijn of druivensap is? Dan maken we vrijdagavond kiddoesj over de challot. Dat gaat als volgt: leg je handen op het challa doek. Zeg vajechoeloe. Haal het challa doek weg, pak de challot in de handen, zeg hamotsie door de challot op te tillen bij het uitspreken van de naam van Hasjeem, bedek de challot weer en zeg de rest van de kiddoesj met de handen op het challa doek. Breek daarna het brood, eet een kabeetsa (eigrootte) en deel de rest aan de huisgenoten en gasten uit.
Sjabbatochtend maken we dan (als er geen wijn of druivensap is) kiddoesj over een drank die als een sociale drank geldt in de plaats waar men zich bevindt. Dit heet in het Aramees ‘chamar medina’. Dit kan wodka, whiskey, cola, koffie en frisdrank zijn. Onder een sociale drank wordt een drank verstaan die men aanbiedt aan een niet dorstige gast (melk of water vallen hier niet onder). Men zegt dan de gewone kiddoesj maar uiteraard niet de beracha boree prie hagafen maar de beracha die men zegt over de drank die men in de hand houdt. Dit zal meestal sjehakol zijn.
De beracha over wijn of druivensap heeft veel kracht De beracha over wijn of druivensap heeft veel kracht omdat de wijn of druivensap een belangrijke drank is. Dit geldt alleen als men een wangvol (75 cc) gedronken heeft. Zo maakt de beracha boree prie hagafen dan voor de drinker alle wijnen die men gedurende de maaltijd drinkt vrij van een beracha als men bij de beracha boree prie hagafen van de kiddoesj de bedoeling had ook deze wijn onder de eerste beracha boree prie hagafen te laten vallen en die andere wijn ook op tafel stond gedurende de kiddoesj.
Wanneer men een ander hoort kiddoesj maken en zelf ook 75 cc wijn of druivensap gedronken heeft, zijn alle andere dranken die men bij deze kiddoesj drinkt vrijgesteld van een voor- en naberacha door de voor- en naberacha over de wijn. Wanneer men na de kiddoesj door een ander niets gedronken heeft, moet men wel aparte berachot zeggen over elke drank die men tijdens deze kiddoesj drinkt.
©Opperrabbijn R. Evers |