Het laatste pelgrimsfeest van het Joodse jaar is het Soekkotfeest, het Loofhutten feest. Tijdens dit feest dat precies een half jaar na de Pesach plaatst vindt, staan drie zaken centraal:
- het gedenken van de veertig jaar omzwervingen in de woestijn waar G'd hen bescherming bood in de hutten: In loofhutten zult gij wonen zeven dagen; allen die in Israel geboren zijn, zullen in loofhutten wonen, opdat uw geslachten weten, dat Ik de Israelieten in hutten heb doen wonen, toen Ik hen uit het land Egypte leidde: Ik ben de Here, uw God. Wajjikra/Lev. 23:42-43.
- De Soekkot is het late oogstfeest. De jaarlijkse bouwcyclus is afgesloten. Dit feest wordt, t.o.v. Rosj Hasjanna en Jom Kippoer merendeels thuis gevierd. Mensen hebben veel gasten onder zich die geen Soekka hebben, maar men helpt elkaar wel met de voorbereiding. In Israël gaan ze ook echt in de Soekka zeven dagen wonen. In Israël zie je hutjes op balkons en tuinen van de Joodse gemeenschap staan. De Soekka moet volgens strenge voorschriften worden gebouwd. Deze hutten worden afgedekt met het sgag, dakbedekking (van loof). Sgag heeft de getalswaarde van 100, wat ons doet denken aan de 100 Sjofartonen die men onlangs gehoord heeft. Soekka betekent niet alleen loofhut, maar ook bescherming. Tijdens dit feest wordt er in de Synagoge een optocht gehouden. In hun hand houdt men een bundel, de loelav, vast die uit 4 plantensoorten (Arba'a miniem; wat 4 soorten betekent) bestaat:
- etrog: staat voor Israël. Zoals de etrog geur en smaak heeft, zo heeft Israël mensen met Tora en goede werken.
- palm: staat voor Israël. Zoals de Palm (dadel) smaak heeft en geen geur, zo heeft Israël mensen met Tora, maar zonder goede werken.
- myrte, deze twijgen van loofbomen staat voor Israël. Zoals deze mirte geur heeft en geen smaak, zo heeft Israël mensen met goede werken, maar zonder Tora.
- beekwilgen: staat voor Israël. Zoals deze wilgen geen smaak en geur hebben, zo heeft Israël mensen zonder Tora en zonder goede werken. Wat doet nu Baroech Hasjem? Ze weggooien? Onmogelijk! Ze moeten allemaal samengebonden worden tot één bundel. En dan doen deze verzoening over díe! Het zwaaien van de loelav is een gebed tot eenheid van de vier groepen, want Hasjem heeft Zijn volk lief! De vier windrichtingen wijzen ons op G'd, Die de vier richtingen in Zijn bezit heeft en de loelav wordt op en neer gewoven tot eer van Hem, tot Wie de Hemel en aarde behoren. Misjna Soeka 37b; Midrasj Lev Rabba (Seder Emor) 30:12. Op de eerste dag zult gij:
A. vruchten van sierlijke bomen nemen, B. takken van palmen en C. twijgen van loofbomen en D. van beekwilgen, en gij zult vrolijk zijn voor het aangezicht van de Here, uw God, zeven dagen lang. Gij zult het als een feest des Heren vieren zeven dagen in het jaar, een altoosdurende inzetting voor uw geslachten; in de zevende maand zult gij het vieren. Wajjikra/Lev. 23:40-41
- Bescherming staat dan ook centraal in dit, na de Simchat Tora, de meest uitbundige feest van het jaar. De Joden concentreren hierin niet alleen op hun eigen volk, maar vragen bescherming voor de hele wereld. Er moest tijdens die zeven feestdagen namelijk totaal zeventig offers worden gebracht. Het getal zeventig is het symbool voor alle volkeren op deze wereld. Israël viert dus op Soekkot het feest van de Goddelijke bescherming van de hele mensheid. De Talmoed zegt dan ook: "waarom worden er zeventig offers gebracht op de Soekot? Wegens de verdiensten van de zeventig volken van de wereld, om vergiffenis voor hen te doen, zodat over de hele aarde regen zal vallen. BT Soeka 55b.
De Soekkot duurt zeven dagen plus één. Je hebt:
- twee begindagen
- Chol hamoed, de vijf tussendagen en
- Sjemini ‘Atseret, het slotfeest. Op deze dag wordt gebeden om regen voor het komende seizoen. Hieraan kun je zien dat Joodse feestdagen hun oorsprong in het Midden Oosten hebben, daar wordt de eerste regen in de herfst verwacht. Dit feest dateert uit de elfde eeuw.
De Soekkot wordt afgesloten met 2 andere feestdagen:
- Sjemini Atseret: het Slotfeest, gevierd op de 8e dag van de Soekkot. Dit is een dag van samenkomst. Omdat de Tora als Levend water wordt gezien, is dit ook het waterfeest. Zeven keer wordt er om de bima (verhoging, de kansel in de synagoge) met de loelav heen gelopen (Haqafot; de rondgangen) waarop zeven Torarollen liggen. Ondertussen wordt er ana Ana Adonai Hoshia na (och Eeuwige, geef toch hulp) gezongen. Dit is n.a.w. Tehilliem/Psalmen 118:25: Deze dag staan de gebeden voor regen voor de gewassen centraal. O alle dorstigen, kom tot de wateren... Dan zult gij met vreugde water scheppen uit de bronnen des heils Jesjajahoe 55:1; 12:3. Gelijk een hinde die naar waterbeken smacht, zo smacht mijn ziel naar U, o God! Tehilliem/Psalmen 42:2
- Simchat Tora: vreugde der Wet. De climax van de Soekkot. De Tora staat hierin centraal, waardoor deze feest nóg uitbundiger is dan de Soekkot. Tijdens het feest maakt men optocht met de Torarollen in de hand en men danst tijdens die optocht. Deze optocht maakt drie Haqafot, terwijl kinderen vlaggetjes en kaarsen hebben. Het laatste deel van Dwariem/Deut. wordt gelezen, zodat de cyclus van de Tora rond is. Gelijk begint men weer met het begin van de Tora, Bereesjiet/Genesis, zodat de cyclus niet onderbroken wordt, dus dat men nooit stopt met het lezen van de Tora. Dat laatste deel van Dewariem/ Deut. is de Chatàn Tora, de Bruidegom van de Tora, de Leer. Bereesjiet/Genesis, het eerste deel van de Tora, is de Chatàn Bereesjiet, de Bruidegom van het Begin. Hierin wordt G'd en Zijn Bruid Israël gesymboliseerd. Het feest lijkt sprekend op een Bruiloftsfeest, omdat zelfs de bruidsuikers, wijn en lekker eten niet ontbreken. Jubelt en juicht op het feest van de leer. Geef de Tora, zo goddelijk, eer! Zij heeft ons vreugd en verrukking gebracht. Zij is ons licht, onze vlam, onze kracht. Zij is de levensboom die ons verblijdt. De levensbron die ons verkwikking bereidt.
Mazzal tóv wechag sameach
Jodendom-online.nl 2004 |