22 Chesjwan 5785 | 23 november 2024
Artikelen
Jodendom in praktijk     Hasjkafa     Feest- en Gedenkdagen     Samenleving     Geschiedenis     Antisemitisme     Israël     Media     Publicisten     
Pesach
Publicatiedatum: maandag 08 augustus 2005 Auteur: Redactie | 9.739 keer gelezen
Pesach, Redactie »

Deze matzes worden met de hand gemaakt.

 
Wajjikra/Lev.23:5
"In de eerste maand, op de veertiende der maand, in de avondschemering, is het Pesach voor Hasjem."

Pesach is het Joodse Paasfeest, dat één van de belangrijkste feestdagen. Het is een feest dat symbool staat voor vrijheid, omdat de Exodus immers na 210 jaar slavernij vrijheid betekende. Daarnaast is Pesach de geboorte van het Joodse volk. De Exodus was het gevolg van de Tien Plagen, die Par'o (de farao) moest overtuigen het volk te laten gaan: שַׁלַּח אֶת-עַמִּי, sjallach èt-`ammie: Laat Mijn volk gaan! (Sjemot/Ex. 5:1). Zeven dagen nadat de Par'o het volk liet gaan, liet Hasjem de Rietzee splitsen, vijftig dagen daarna ontving het volk de Tora op de Berg Sinaj. Pesach betekent passeren, overspringen, overslaan. Hasjem sloeg de oudste zonen van het Joodse volk over toen Zijn engel de oudste zonen van Egypte moest doden als 10e plaag. Dit nadat de Joden bloed van het lam aan hun deurposten smeerden en achter deze gesloten deur verbleven. In de volgende zeven (in Israël) of acht (buiten Israël) dagen is het verboden gegist of gedesemd voedsel (chameets) in huis te hebben. Men eet tijdens die dagen ongezuurde broden, de matsot (ook wel bekend als matzes). In orthodoxe kringen worden er speciale potten, pannen en eetgerij gebruikt.

Pesach is één van de drie opgangfeesten (pelgrimfeesten). Deze zijn ook werkelijk door de Eeuwige opgedragen in Sjemot (Exodus) 23:14: ‘Houd driemaal per jaar ter ere van Mij een feest'. Pesach wordt ook Sjabbat hagadol of Chag hamatzot genoemd, wat resp. De Grote Sjabbat of Feest van de Ongezuurde broden betekent.

Met Pesach wordt de uittocht uit Egypte gevierd. Men gedenkt de slavernij in Egypte en de geboorte van het Joodse volk. Tijdens deze 8 dagen worden er matzes gegeten. Dat zijn ongezuurde broden. Dat wordt in Sjemot 12:15 ook geboden: ‘Zeven dagen lang moeten jullie ongegist brood eten. Verwijder al op de eerste dag alle gist uit de huizen. Want wie iets eet waarin gist is verwerkt, zal uit de gemeenschap gestoten worden.' De gezuurde broden, chameets, mogen geen eens in huis zijn. Daarom wordt er voor Pesach het huis grondig schoongemaakt.

Het Pesach wordt geopend met Sederavond. Op deze 1e avond (in orthodoxe kring buiten Israël ook op de tweede avond) wordt het verhaal van de uittocht uit Egypte (de Haggada sjel Pesach) verteld. Dit vertellen gebeurd m.b.v. liedjes en symbolen. Tijdens deze avond worden er dus matzes gegeten. Ook eet men een stukje aan been gebraden vlees als herinnering aan het lam, een ei als herinnering aan het feestoffer en de bittere kruiden (meestal mierikswortel); ter verzoeting daarvan charoset, een zoet vruchtenmengsel. Gedurende de seder drinken de deelnemers vier bekers wijn. Tora spreekt (in Sjemot 6:6-7) van vier soorten van verlossing:

  1. Ik zal jullie wegvoeren van de Egyptische dwangarbeid. Dit is een verlossing van fysieke arbeid.
  2. Ik zal jullie redden uit de slavernij. Alle sporen van de status van dienstbare slaven worden weggenomen.
  3. Ik zal jullie verlossen met uitgestrekte arm. Dat betreft de daadwerkelijk verwijdering van de Joden uit Egypte.
  4. Ik zal jullie voor Mij nemen als een volk. Dit wijst op een geestelijke verheffing van de Joden tot G-ds eigen uitverkozen volk.

Op tafel hebben wij de sederschaal staan met de:

  • maror - bitter (mierikswortel,andijvie, maar sla mag ook). Het is bitter om slaaf te zijn.
  • charoset-zoet (mengsel van appel, kaneel, noten, rozijnen en wijn)
  • zeroa - geroosterd lamsbeen met een klein beetje vlees eraan. Dit doet ons herinneren aan het lamsoffer in de Tempel, maar ook aan de uitgestrekt arm van Hasjem bij de uittocht van Egypte
  • betzah - gekookt ei herinnert ons aan de extra offers in de Tempel.
  • karpas - peterselie, radijs of selderij. De radijs is een herinnering aan de bittere voorgerechten die men vroeger at om de eetlust op te wekken. Dat doopte men dan eerst in water. Nu dopen wij de radijs in zout water dat ons doet herinneren aan de tranen van onze voorouders. Ook herinnert het ons aan de verwoesting van Sedom om zijn ongastvrijheid, mede met de verandering van Lots vrouw Zippora, die in een zoutpilaar veranderde.

We stellen ook de Ma nisjtana (wat is er veranderd?). Dat zijn vier vragen waarvan het volgende centraal staat: Ma nisjtana halajla hazè mikol haleelot: Wat is het verschil tussen deze avond en alle andere avonden?

  1. Sjèbechol haleelot anoe ochlien chameets oematsa, halajla hazè koelo matsa: Andere avonden eten we gezuurd of ongezuurd brood; waarom vanavond alleen ongezuurd?
  2. Sjèbechol haleelot anoe ochlien sje'ar jerakot, halajla hazè maror: Andere avonden eten we alle soorten groenten; waarom vanavond bittere kruiden?
  3. Sjèbechol haleelot een anoe matbielien afieloe pa'am èchat, halajla hazè sjtee fe'amiem: Andere avonden dopen we kruiden zelfs niet eenmaal: waarom vanavond tweemaal?
  4. Sjèbechol haleelot anoe ochlien been josjwien oeween mesoebien, halajla hazè koelanoe mesoebien: Andere avonden eten we rechtop zittend of gebogen: waarom buigen we vanavond allemaal?

Het voorlopige antwoord op deze vier vragen luidt: Wèchâl hammar`bbeh lèsappèr bietsie`at mits`râjiem harej zèh mesjoebbat; En ieder die heel veel vertelt over de uittocht uit Egypte, verdient onze waardering.

In de Orthodoxe kringen kennen zij na de sederavond de leel sj'moeriem, een nacht van waken. Dus het is van de nacht van de Sederavond op de Pesach. Deze nachtwake is naar aanleiding van Sjemot 12:42: Een nacht van waken was dit voor de Here, om hen uit het land Egypte te leiden. Dit is de nacht van waken ter ere van de Here voor alle Israelieten in hun geslachten. Na de Sederavond gaan de vrouwen en kinderen slapen en de jongens die hun bar mitswa al hebben gehad, blijven met de mannen deze nacht waken. Dit gebeurd na de lofzang van Tehillim/Psalm113-118. Wij sluiten af met een tekstje uit de Talmoed mbt de *mezoezot :

Een gewone koning van vlees en bloed slaapt in zijn paleis en zijn bewakers staan buiten op wacht. Maar wij slapen in ons bed in ons huis, wij hoeven niets te doen, en onze Koning, Koning van alle koningen, waakt over ons, buiten voor de deur. Menachot 33b

*Dat een buisje waarin een perkamentrolletje zit met de woorden uit Dewarim/Deuteronomium 6: 4- 9 en 11: 13- 20. Er staat nl geschreven gij zult ze schrijven op de deurposten van uw huis en aan uw poorten.

©FAQ-online 2005

Copyright © 2005 Jodendom Online
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.