21 Chesjwan 5785 | 21 november 2024
Artikelen
Jodendom in praktijk     Hasjkafa     Feest- en Gedenkdagen     Samenleving     Geschiedenis     Antisemitisme     IsraĆ«l     Media     Publicisten     
De ernst van moord op dieren
Publicatiedatum: zondag 26 september 2010 Auteur: Redactie | 3.518 keer gelezen
Redactie, Dieren en natuur, [Im]moraliteit »

Een uitleg waarom er een Sanhedrin zou moeten bestaan, is de ernst van het nemen van het leven van een dier. Voor het slachten van dieren voor voedsel heeft de mensheid van Hasjem een vrijwaring voor ontvangen. Maar het vermoorden van dieren is een zeer ernstige zaak.

Een bron van dit concept is te vinden in Wajjiqra 17:3-4 waar een gewijd dier buiten de Miqdasj geslacht werd en dus niet gegeten mag worden. “Hahoe' dam sjafach...hij heeft bloed vergoten...”. Het onnodig doden, doelloos vermoorden van een dier wordt als bloedvergieten beschouwd, zij het een beetje (dus niet veel) minder erg dan menselijk bloedvergieten (Sefer Hachinnoech), dit om de ernst van moord – zelfs van een 'moorddadige os' – de getuigenis moet daarom minimaal door twee worden afgelegd in een rechtszaak met 23 rechters. Dit omdat de Tora medelijden heeft met het dier (Sanhedrin 55a). 'Or Hachaim leert dat het moorden van een dier dat geen goede menselijke doeleinden heeft, moet net zo serieus genomen worden als moord op een mens! “G'd gaf ons alleen het bloed van een dier ten bate van onze zielen... dit om andere redenen uit te sluiten zodat we realiseren dat dieren geen giften zijn om er mee te doen wat wij maar willen. Wij leren het gebod op het executeren van een dier door een Bejt Din van 23 rechters, net als bij mensen, opgelegd moet worden, omdat het Geschrift ons opdraagt over een dier recht te spreken, zoals het rechtspreken over mensen ('Ohr Hachaim op Wajjiqra 17:11).

Dieren voor het gerecht moet net zo serieus worden genomen als een mens voor het gerecht slepen. Het dier moet net als mensen ook tijdens de rechtszitting in het Bejt Din aanwezig zijn. Ook bij twijfel wordt het dier niet geëxecuteerd (Shailos Oe'teshoevos Chazon Nachoem II 10:2). Dit principe van welwillendheid op het gebied van het leven – en – dood (Safek nefasjot lehakel) is eenvoudig te begrijpen wanneer het toegepast wordt op mensen; is het toch erg opvallend om te zien dat dit ook voor een potentieel dodelijke dier geldt!

Omdat het toebrengen van leed op dieren zo'n serieuze aangelegenheid is, mag een dier bij twijfel – nogmaals – niet gedood worden (Shailos Oe'tesjoevos Sho'el Oe'meishiv, 4e editie, 38. Maar ook Kovetz Shioeriem vol. I, Bava Basra 50b; os 223, 226, Shailos Oe'tesjoevos Kochav MiJa'aqov 62 & Tsaar Baalen Chayim p. 170).

Pagina index:
Copyright © 2010 Jodendom Online
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.