De laatste dagen voor de Europese kampioenschappen maakten velen moeilijke momenten door. Hollands glorie ten top. Rinus Michels en zijn internationals wilden niets aan het toeval overlaten. Als een blok tegen het Oostblok. Vasthouden aan hetzelfde schema. Dus dezelfde trainingen en hetzelfde menu als bij de vorige wedstrijden. Voor de orthodoxie eveneens grote problemen: vasthouden aan hetzelfde Sjabbat-schema van iedere week – dit jaar het 3300ste jubileumjaar sinds de Tora-wetgeving op de berg Sinaï – of met een kleine kunstgreep toch proberen mee te genieten van de triomf, die de Nederlandse Leeuw zou gaan behalen?
Sommigen installeerden zich op het balkon, zodat ze nog net een glimp van het beeldscherm vanuit de huiskamer van de buren konden opvangen. Anderen lieten de televisie van vrijdagmiddag gewoon aanstaan. Weer anderen lieten zich uitnodigen bij hun buren. Een vierde groep zette de T.V. op de Sjabbes-klok, zodat Gullit en Rijkaard precies om 15:30 aanfloepten. Een vijfde groep installeerde zich in het Garden-Wing hotel op de Amsterdamse Apollolaan in de veronderstelling, dat zo de Sjabbat-wetten niet zouden worden overtreden. Enkelen hadden de Rabbijn gebeld voor halachisch advies: het antwoord luidde, dat T.V.-kijken op Sjabbat verboden was; de enige uitkomst bood een videorecorder. Het was toegestaan met behulp van de Sjabbes-klok de wedstrijd op de video op te nemen op voorwaarde, dat beide apparaten volledig bedekt zouden blijven gedurende de Sjabbat. Uitstel maar geen afstel.
Waar ging het om, waarom moest men zo moeilijk doen? Indien men recht in de leer is, kijkt men op Sjabbat naar geen enkel T.V.-programma. In de Joodse wet, die het leven regelt van de wieg tot het graf, wordt onderscheiden tussen de geest en de letter van de wet. In de Tora wordt de Sjabbat gezien als een rustdag, waarop men zich enkel en alleen concentreert op de wezenlijke en verheven religieuze mensaspecten: “De Sjabbat werd alleen gegeven om daarop de Tora te bestuderen”. Zelfs de maaltijden krijgen op deze heilige dag een religieus tintje. Een goede Sjabbat-maaltijd in huiselijke sfeer is een mitswa (gebod), T.V.-kijken op Sjabbat zou dus een inbreuk betekenen op de heilige sfeer, die deze dag uitstraalt. Maar zo eenvoudig ligt de zaak toch niet. Volgens de letter van de Tora-wet is slechts ‘werk’ verboden: “De zevende dag is een Sjabbat voor G’d, daarop zult gij geen enkel werk doen” (Exodus 20:10). Het begrip werken is vaag. Welke handelingen vallen onder het werkverbod? De algemene wetsbepaling van de Tora werd in de Mondelinge Leer nader uitgewerkt in detail-voorschriften. Uit de nauwkeurige omschrijving, die de geleerden uit iedere generatie gaven van het begrip werk, blijkt reeds, dat niet iedere vorm van werk verboden is. Het was nooit de bedoeling van de Tora, dat men op Sjabbat zou lijden; de Sjabbat werd juist gegeven om ervan te genieten. Zodra er nieuwe technieken verschenen, die geen inbreuk zouden vormen op het ‘wettisch’ geregelde werkverbod en tevens de Sjabbat-sfeer niet zouden schenden, hebben de leidende geleerden steeds aangegeven hoe hiervan gebruik te maken ter verhoging van de feestvreugde van de Sjabbat. I.t.t. de opvatting van de Karaïeten heeft het traditionele Jodendom nooit de stelling gerecipieerd, dat men op Sjabbat in het donker zou moeten zitten of dat men het vlees niet warm zou mogen consumeren.
Een typisch voorbeeld hiervan is de Sjabbat-klok. Met een Sjabbat-klok is het mogelijk het licht op een bepaald tijdstip aan en uit te laten gaan. Is hier sprake van een wetsontduiking? Nee, want het was nooit de bedoeling van de Wetgever, dat wij de Sjabbat zouden ervaren als een lijdensweg. Vroeger werd van de diensten van een ‘sjabbes-ĝoi’ gebruik gemaakt, een niet-Jood, die Sjabbatnamiddag de lampen aanstak in de Jodenbuurt. Schijnheilig? Nee, want het Jodendom denkt niet zo universeel als bijv. het Christendom. In het Christendom wordt gesteld, dat de christelijke leer in principe voor iedereen zou moeten gelden. Volgens het Jodendom gelden de Tora-voorschriften - een aantal uitzonderingen daargelaten – alleen binnen het Joodse volk. Voor niet-Joden geldt geen voorgeschreven Sjabbat-rust, zodat men binnen bepaalde strikte grenzen ter verhoging van de Sjabbat-vreugde gebruik mag maken van zijn diensten.
|