21 Chesjwan 5785 | 21 november 2024
Artikelen
Jodendom in praktijk     Hasjkafa     Feest- en Gedenkdagen     Samenleving     Geschiedenis     Antisemitisme     IsraĆ«l     Media     Publicisten     
Rosj Hasjana: Keuzes
Publicatiedatum: dinsdag 04 september 2012 Auteur: Dayan mr. drs. R. Evers | 1.453 keer gelezen
Rosj Hasjana, Opperrabbijn R. Evers »

‘Zie, Ik heb vandaag vóór u geplaatst het leven en het goede, de dood en het slechte, en u zult het leven kiezen, opdat u en uw kinderen zullen leven’ (30:15-19).

Het Jodendom is een religie van daden. Alleen kiezen voor het leven lijkt onvoldoende. Maar deze keuzemogelijkheid is eigenlijk een sympathiek gebaar van G’d. Wanneer wij voor het leven en het goede, de Tora en de mitsvot, kiezen, is dat al een verdienste. Hasjeem wil dat wij kleur bekennen. De goede intentie op zich is al belangrijk. Bemoedigend zo vlak voor Rosj Hasjana, Joods nieuwjaar.

Avraham maakte vele keuzes. Op de tweede dag Rosj Hasjana lezen wij over de Akeda, het offer van Jitschak en Avraham op de berg Moria, de tiende test. Maar op de eerste dag lezen we over het wegsturen van Hagar en Jisjmaëel, wat overigens gevolgen heeft tot op de dag van vandaag – in onze penibele situatie in Israël. Het was de negende beproeving, een zeer zware test voor Avraham. Hij was voor iedereen vriendelijk. En nu moest hij wreed zijn voor zijn eigen vrouw Hagar en haar zoon. G’d verscheen ‘s nachts aan Avraham en vertelde, dat Sara gelijk had. Hagar moest met Jisjmaëel het huis uit. Avraham moest volledig tegen zijn natuur ingaan. Alle gevoelens van medelijden onderdrukte hij om Hagar en Jisjmaëel weg te sturen. Onderweg in de woestijn van Be’er Sjewa dreigden zij om te komen van de dorst.

G’d wilde luisteren naar Jisjmaëel maar de Engelen waren tegen: “Waarom zult U water geven aan Jisjmaëel? Zijn kinderen zullen in de toekomst Uw kinderen doden door ze te laten sterven van de dorst!”. De Engelen refereerden aan een toekomstig treffen tussen Joden en Arabieren. Maar G’d antwoordde de Engelen: “Ik beoordeel de mens naar zijn huidige daden. Jisjmaëel zelf heeft niemand om laten komen van de dorst. Ik straf hem niet voor de misdaden, die zijn kinderen in de toekomst zullen plegen.”

Een actuele gedachte voor Rosj Hasjana, de Jom haDien – de dag van berechting bij uitstek. Waarom moest Jisjmaëel eigenlijk weg? De discussie tussen Sara en Avraham was zeer actueel, een soort `schoolstrijd’. Sara was voor een gescheiden opvoeding in een beschermde omgeving, Sara was bang voor de invloeden, die Jisjmaëel op Jitschak zou hebben. Hoewel ze wist dat het spirituele niveau van Jitschak stukken hoger was dan dat van Jisjmaëel, vond ze het zonde dat Jitschak tijd zou moeten besteden aan het bestrijden van het kwalijke voorbeeldgedrag van Jisjmaëel. Avraham was een andere mening toegedaan. Avraham meende dat het goed zou zijn voor Jitschak om ook met foute ideeën geconfronteerd te worden. Dit zou hem harden voor de rest van zijn leven. Zo zou hij opgewassen zijn tegen de uitdagingen van de maatschappij later. Een actueel probleem dat ouders in hun schoolkeuze tegenwoordig ook parten speelt en dat een `sjoel-overpeinzing’ waard is omdat dit dilemma in feite in vele andere contexten ook speelt.

Aan het einde van de Akeda ontvangt Avraham beloning voor zijn gehoorzaamheid. Hij gaf zijn vragende houding op. Bij Sedom zien we, dat Avraham opkomt voor misdadigers tegen de mensheid. Later in de geschiedenis wordt verteld, dat Mosjé Rabbenoe het opneemt voor het Joodse volk nadat zij gezondigd hadden met het gouden kalf. Resoluut verwerpt hij het voorstel om met hem, Mosjé, een nieuw volk te beginnen. Sommige ‘Tora-reuzen’ gaan in nederige discussie met het

Opperwezen. Mosjé vraagt zich af: ”O G'd, waarom zal Uw woede ontbranden tegen Uw volk, dat U uit Egypte heeft gebracht, met grote kracht en machtsvertoon?” (Sjemot 32:11). Rabbi Jitschak van Berditschew (19e eeuw) riep eens midden op Jom Kippoer uit: “O, G’d! Wat heeft Uw volk misdaan, dat U ze doorlopend laat lijden? Hebben wij niet genoeg geleden? Ik weiger deze plaats te verlaten totdat U het Joodse volk vergeeft. Jitgadal weJitkadasj!”. Er zijn inderdaad tijden waarin wij risico’s moeten nemen om ons geloof te behouden. Maar laten we ons er vooral van bewust zijn, dat G’d liever heeft dat wij bij leven en welzijn naar Zijn Leer en Woorden handelen dan dat wij voor Hem sterven. De hoogste vorm van G’dsdienstigheid is nog steeds een leven van liefde en verbondenheid! Oewacharta bachajiem – Kies het leven !


© Dayaan mr. drs. R. Evers 2012

Copyright © 2012 Jodendom Online
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.