Gedwongen amen zeggen |
Publicatiedatum: maandag 11 maart 2019 |
Auteur: de redactie | 1.531 keer gelezen |
|
|
Redactie, Tefillot en Broches [Gebeden en Zegeningen], Moessar [ethiek], Leer van Rav Avigdor Miller » |
|
In Berachot 53b wordt geleerd dat wanneer we “amen” zeggen op een beracha [zegenspreuk; broche], dat de “amen” groter is dan de broche zelf [גדול העונה אמן יותר מן המברך]. Wanneer iemand een broche maakt, wordt je eigenlijk gestoord in hetgeen je aan het doen bent. Hij dwingt je - matriach - in feite om je dagelijkse beslommeringen even los te laten om “amen” te zeggen. Dan kan het gebeuren dat je denkt: “Waarom zeg je de broche niet zachtjes, zodat ik niet gestoord wordt met waarmee ik bezig ben?” Gevolg is dat je “amen” misschien zegt met een lichte irritatie.
Maar je moet een misgaber al jitsricha, zijn. Dus je moet je jetser overwinnen en daarom moet je tegen jezelf zeggen: “Hij maakte een broche en ik wil daarin betrokken worden en samen met hem Hasjem prijzen”. Hierdoor ga je “amen” met kavanah zeggen.
Wanneer je zover komt om in deze modus te komen wanneer iemand een broche zegt [en dan wel op de meest ‘onmogelijke moment’], dan ben je in feite - op dat ogenblik - groter dan degene die de broche heeft gezegd. Hij heeft gedaan wat hij moest doen, maar jij wilt er bewust bij betrokken worden. Dan zal je volgens Rav Miller er goed voor beloond worden. Want wanneer iemand zijn jetser weet te overwinnen, is op dat moment groter dan degene die de broche gedaan heeft.
Bron: Rav Avigdor Miller on Forces To Say Amen TAPE # E-37 |
|
|