De vier elementen kennen hun oorsprong in een rivier die vanuit Eden stroomt om de Tuin te bewateren; van daaruit deelt deze zich op en wordt vier grote rivieren. Bereesjiet/Gen. 2:10. Dit is een enkele bron die zich in vier delen opdeelt: de vier elementen.
Deze vier elementen staan parallel met de Tetragrammaton van G'ds Naam:
De Kabbalah leert ons dat alles deze wereld in twee polen bestaat: zwart-wit, man-vrouw, goed-kwaad, Jood-niet-Jood etc. Zoals alles in deze wereld een tegenhanger heeft in de spirituele wereld, zo heeft het lichaam een tegenhanger in de ziel. Zoals alles in deze wereld opgetrokken is uit deze vier elementen, staat onze karakter ook onder invloed van deze vier elementen. Door van de goede invloeden van deze vier elementen te kunnen staan, moet onze karakter ook onder invloed van de Tora staan (onder de 613 mitswes). Doen zij dat niet, dan kunnen de vier elementen de primaire vernietigende bronnen van onze karakter worden. Zij worden dan de vier typen van lepra genoemd (Bava Kama 1:1):
- Vuur is het lichtste van de vier, waardoor de warmte in staat is op te stijgen. Dit is de bron van arrogantie. Arrogantie geeft je het gevoel dat je boven andere mensen staat. Daarnaast is vuur de bron van woede. Woede en arrogantie leiden tot prikkelbaarheid en het verlang om macht en eer te ontvangen.
- Lucht is de bron van ijdel gebabbel over onbetekende onderwerpen. Het refereert ook naar lasjon hara: vleierij, leugen, laster, spot. Lucht is ook de bron van trots.
- Water brengt plezier en is de bron van alle hunkeringen naar iedere vorm van lust. Het veroorzaakt ook jaloezie en afgunst. Het leidt tot oneerlijk gedrag en tot regelrechte diefstal.
- Aarde is de zwaarste van alle elementen en geeft luiheid en depressie aan. Iemand die zich met name door dit element laat leiden, beklaagt zich over alles en iedereen en is nooit tevreden met zijn eigen lot.
Alle elementen bevatten materieel gezien altijd iets van de andere drie. Zo ook met de karaktertrekken. Mensen kunnen nooit alleen en geheel ‘aarde' zijn, maar hebben ook een beetje wat van lucht, water en vuur.
Door jezelf tenietdoen ónder de wil van Hasjem - middels het doen van de 613 mistwes - kun je iedere slechte karaktertrek tenietdoen. Je doel moet zijn dat jouw ego zichzelf tenietdoet voor Hasjem. Begin met één slechte karaktertrek, zet deze om in een goede karaktertrek [liefde en vrees, vriendelijkheid en terughoudendheid, verantwoordelijkheid en ijver, etc]. Wanneer iedere trek uiteindelijk omgezet is, zal Hasjems glorie doorschijnen en aan jou worden geopenbaard.
Waarom gebiedt de Tora ons nooit om ‘te zijn (karakter)' maar om ‘iets te doen of laten (actie)?' Er staat namelijk niet geschreven: je zult niet boos zijn, je zult niet arrogant zijn, je zult niet hatelijk of jaloers zijn, etc.
De karaktertrekken en houding zijn het doel - en de basis - van de mitswes. Tuurlijk moeten verfijning en versterking van onze morele karaktertrekken de voorwaarden voor een goede ware naleving van de mitswes zijn. Zodra we handelen in overeenstemming met het moraal van de Tora, zal deze moraal een deel van de geestelijke en emotionele opmaak van onze persoonlijkheid worden.
Bron: Anatomy of the soul van Rebbe Nachman van Breslov
©Jodendom-online 2008 |