| De waarheid omtrent Kamtsa bar Kamtsa |
| Publicatiedatum: vrijdag 16 juli 2021 |
Auteur: de redactie | 766 keer gelezen |
|
|
| Tammoez-Av-Eloel, Tisja Be'av, Redactie, Leer van Rav Avigdor Miller » |
|
|
Dit is helemaal niet realistisch! Ze haatten elkaar niet; de frume Joden hielden van elkaar! In die dagen was het hele volk, de Am Hatorah, het volk van de Torah die verdeeld waren tussen volgelingen van Bejt Sjammai en volgelingen van Bejt Hillel [binnen de link stukje doorscrollen]. Het hele Joodse volk was slechts verdeeld in degenen die Bejt Sjammai volgden en degenen die Bejt Hillel volgden. Dit waren de twee grote vergaderingen van de wijzen uit de Torah. We hebben het dus niet over de rasjiem, slechte mensen, maar echte Joden die allemaal stuk voor stuk talmidiem waren van Bejt Sjammai of van Bejt Hillel.
En de Gemara [Yevamot 14b] zegt openlijk dat de talmidiem van Bejt Sjammai en van Bejt Hillel van elkaar hielden. Deze twee scholen, hoewel ze verschillende meningen hadden over sommige dingen, zelfs over heel belangrijke dingen, hielden van elkaar. שהיו אוהבים זה את זה – Ze hielden van elkaar, לקיים מה שנאמר – om de pasoek te vervullen van, האמת והשלום אהבו – Houd van de waarheid maar houd ook van vrede. Ze hielden van de waarheid. Iedereen bleef bij zijn mening, maar ze hielden ook van vrede.
Het Joodse volk hield van elkaar – er was geen sinat chinam.
Dus wat betekent het dat er sprake geweest zou zijn van sinat chinam? Wie waren degenen die elkaar om niets haatten? Dit waren de Tsedoekiem, Sadduceeën. De Tsedoekiem haatten de chachamiem! Dat was de sinat chinam!
Je zou je kunnen afvragen wanneer de Tsedoekiem, de slechte mensen, de chachamiem haatten, waarom lijkt het hele Joodse volk daarvoor verantwoordelijk? Het antwoord is dat dit ook zo is, want Tsedoekiem waren ook Joden. Wanneer er Joden slecht zijn, is het hele Joodse volk daar verantwoordelijk voor. Dat is een geweldig principe in de Torah. We worden als één persoon behandeld. Klal Jisrael arejviem zeh la'zeh - heel Jisrael staat garant voor elkaar. Dit betekent dat wij één lichaam zijn, wij één persoon zijn. En daarom werden we verantwoordelijk gehouden voor de wandaden van Kamtsa bar Kamtsa, de Tsedoekiem en allen die de chachamiem haatten.
Wil je een voorbeeld van haat? Het Nieuwe Testament [van de christelijke Bijbel] staat een voorbeeld van de haat tegen de chachamiem. Als je een leerboek wil dat vol woede staat tegen de chachamiem, dan is dat het Nieuwe Testament. Het Nieuwe Testament staat vol woede tegen de Peroesjiem, Farizeeën. Het wordt constant herhaald. Over de Peroesjiem is verteld dat er maar één plaats is waar ze heen gaan wanneer ze dood gaan. Als ze sterven gaan ze naar een bepaalde plaats en het wordt keer op keer herhaald in het Nieuwe Testament. De chachamiem, de Peroesjiem, worden adders en slangen genoemd. Het zouden hypocrieten en criminelen van het ergste soort geweest zijn.
Nu, wie zijn de Peroesjiem? De Peroesjiem zijn Rabbi Dosa ben Harkinus, Rabbi Eliezer ben Hurkinos, Rabban Gamliel Hazaken en zijn zoon Rabban Shimon ben Gamliel, Rabbi Yochanan ben Zakai [zie Geschiedenis van de Talmoed]. Al deze bekende namen zijn onze sterren, onze leraren. Hun leven bestuderen we. Het zijn hun woorden die ons inspireren. Zij zijn de crème de la crème van ons volk. Zij zijn degenen die in het Nieuwe Testament als de ergste mensen onder het volk zouden worden veroordeelt.
Misschien klinkt overdreven. Maar het feit is nu eenmaal dat het Nieuwe Testament ook andere volkeren noemt. Het vermeldt de Romeinen, maar heeft niets slechts te zeggen over de Romeinen. Het spreekt over de Grieken, maar er is geen kritiek op de Grieken. Het vermeldt de Samaritanen, de Koesiem, ook geen kritiek. Het maakt meldingen over de Tsedoekiem, Sadduceeën; ook geen kritiek op de Tsedoekiem. Maar als het over de Peroesjiem gaat, dan gaan ze helemaal los. Het Nieuwe Testament stort zich geheel op de chachamiem, onze wijzen, onze Geleerden. Niet slechts één keer! Vele pagina's van het Nieuwe Testament zijn gevuld met nijd tegen de chachamiem [nogmaals de Peroesjiem waren de chachamiem, de geleerden van de huidige charedische/ultra orthodoxe Joden].
In die dagen waren ze [Tsedoekiem en Peroesjiem] echt allemaal Joden. Dus als je wil weten waarom de Bejt Hamikdasj werd vernietigd, zegt de Gemara dat er haat was, sinat chinam. Wiens haat? Niet vanuit de chachamiem! En niet de mensen die de chachamiem volgden! Ze zouden niemand haten - zij waren degenen die werden gehaat!
Dit is het punt dat door alle schrijvers wordt gemist. Alle schrijvers die over dit onderwerp spreken, begrijpen het verkeerd. Ze geven onze chachamiem de schuld van sinat chinam. Er is nergens een herinnering dat er grondeloze haat was onder de wijzen en hun talmidiem.
Maar er was een zeer grote haat tegen hen! De Tsedoekiem haatten de Peroesjiem, de wijzen! En de Gemara zegt dat bepaalde soorten amej ha'arets [een gewone Jood] ook soniem [haters] waren; ze haatten de Peroesjiem. Het is een Gemara in Pesachim. Rabbi Akiva [zie derde generatie in de link] zei: "Toen ik een am ha'arets was, zou ik wanneer ik een chacham zag hem aan stukken scheuren."
Het waren deze mensen. Zij waren degenen door wie de Bejt Hamikdasj hebben geruïneerd. Ons volk moet sjelema, perfect moet zijn! En wanneer we in ons lichaam als Klal Jisrael een bepaalde vergiftigde minderheid hebben, betekent dit dat ons lichaam als Klal Jisrael niet gezond is en daarom moest Hasjem een klimaatsverandering doorvoeren. Dat is de reden daarom werd de Bejt Hamikdasj vernietigd.
Bron: Rav Avigdor Miller on Kamtza bar Kamtza
TAPE # 107 |
| « 1 | 2 |
|
|