20 Chesjwan 5785 | 21 november 2024
Artikelen
Jodendom in praktijk     Hasjkafa     Feest- en Gedenkdagen     Samenleving     Geschiedenis     Antisemitisme     IsraĆ«l     Media     Publicisten     
Waarom mummificeerde Joseef zijn vander Ja'aqov?
Publicatiedatum: donderdag 12 december 2013 Auteur: Rabbijn prof. Efraim Sprecher | Vertaling: Devorah | 2.169 keer gelezen
Kabbalah, Parasja, Rabbi Sprecher, Redactie, Leven, dood en Opstanding der doden »
"En Joseef beval de artsen om zijn vader te balsemen" [Bereesjiet 50:2] en de Malbiem verklaart: "Het doel van de begrafenisceremonie is om het lichaam van de overleden persoon in staat te stellen om weer tot stof te veranderen."Daarom vraagt de Malbiem zich af waarom Joseef de opdracht gaf om zijn vader te mummificeren iets wat door de Tora wordt verboden.

Joodse begrafenisrituelen weerspiegelen het enorm verschil tussen het lichaam en de ziel. Kohelet 12:7 beschrijft onze vrijlating uit de ketenen van het lichaam wanneer we komen te overlijden. "En dat het stof wederom tot de aarde keert, zoals het is geweest. En de geest weer tot G'd zal keren Die het hem gegeven heeft." Volgens de Kabbalah kan de ziel alleen tot G'd terugkeren wanneer het lichaam op een natuurlijke wijze weer terugkeert naar stof, zoals G'd zei tegen Adam: "Van stof ben je en tot stof zul je weer terugkeren [Bereesjiet 3:19].

Stof beschrijft de aard van het menselijk lichaam dat uit droge botten en vlees bestaat. De Radak schrijft in zijn commentaar op Bereesjiet: "Grootste deel van het menselijk lichaam en onze botten - die het lichaam rechtop houden - zijn van koud en droge materiaal zoals stof."

Terwijl de begrafenis de geest van het lichaam bevrijdt waardoor het kan opstijgen en zijn plaats in de hemel neemt, houdt het balsemen de constitutie van het lichaam in stand. Over het balsemen van Ja'aqov's lichaam zegt rabbijn Samson Raphael Hirsch: "Hier zien we een interessant contrast tussen de Egyptische opvatting, die hun doden balsemen, en het Joodse standpunt. De Egyptenaren balsemen de doden zodat het lichaam het unieke karakter behoudt. Maar zij hebben geen rekening gehouden met het unieke karakter van de ziel. Volgens het Jodendom is de ziel eeuwig, terwijl het lichaam geen vaste plaats heeft. Ons sterfelijk lichaam keert terug tot stof en ervaart de vele materiële incarnaties."

Het Hebreeuwse woordje voor balsemen is 'chanita', maar chanita kan ook in verband gebracht worden met de landbouw. Chanitat ilanot of chaninat perot betekent 'de rijping van de vruchten aan de bomen'. In overweging dat de eerste vertaling een illusie beschrijft dat balsemen dode mensen conserveert alsof ze nog leven, verwijst de tweede vertaling – het rijpen van fruit - naar een zeer reëel proces: een levenskracht die in de boom ontwaakt nadat deze is ontstaan vanuit de winterslaap.

Wij zijn daarom verbijsterd door Joseefs verzoek om het lichaam van zijn vader te balsemen, immers, voordat hij stierf heeft Ja'aqov Joseef opgedragen hem te begraven in het graf van zijn aartsvaders en matriarchen in Chevron. Echter, zo stelt Or Hacheim, toonde Joseef veel respect voor zijn vader omdat balsemen een procedure is voor vooraanstaande burgers en parao's. Misschien was Joseef wel bang dat de Egyptenaren het verkeerd zouden opvatten wanneer Joseef zou weigeren zijn vader te balsemen. Misschien zouden zij wel denken dat hij niet dood was of dat Ja'aqkov's lichaam het balsemen niet nodig heeft omdat het reukloos is? Wat wel zekerheid was, is dat er een risico bestond dat de Egyptenaren Ja'aqov zouden kunnen aanbidden als god.

Hoe het ook zij, volgens de mening van Rabbi Yehuda Hanasi, de redacteur van de Misjnah, zondigde Joseef door de Egyptenaren te instrueren zijn vaders lichaam te balsemen. "Waarom ging Joseef eerder dood dan zijn broers? Dit omdat hij zijn vader liet balsemen, wat tegen de Halacha ingaat. G'd zei tegen Joseef: 'Dacht je dat Ik niet in staat was het lichaam van jouw vader te behouden, dit rechtvaardig persoon die Mij zo goed heeft gediend? Ik, G'd, zei tegen hem: vrees niet, jij wormpje Ja'aqov [Jesja 41:14], dat dient verstaan te worden als: 'vrees de worm niet, oh Ja'aqov.'"

Volgens Rabbi Yehuda probeerde Joseef het normale biologische proces, dat wij tot stof weer zullen wederkeren zodat onze lichamen ontbinden, te bestrijden. Niet in staat afstand te doen van zijn vader, besloot Joseef de Egyptische gewoonte van het balsemen over te nemen.

Wanneer onze geliefden komen te overlijden, proberen wij ook de plannen van de Engel des doods te dwarsbomen. Zo is er een onroerend verhaal in de Talmoed [traktaat Ketoboth] over de laatste momenten van Rabbi Yehuda op aarde. Toen de leerlingen zagen dat hun leraar op sterven lag, kondigden zijn leerlingen een openbare vastendag af. Zij baden voor G'ds mededogen en verklaarden: "Een ieder die zegt dat Rabbi Yehuda stervende is, zal met het zwaard worden doorboord!"

Het dienstmeisje van Rabbi Yehuda klom op het dak van zijn huis om te bidden en zei: "De hemel wilt Rabbi Yehuda en dat doet ook de aarde. Moge het Jouw wil zijn, o G'd, dat de hemel zal zwichten voor de wil van de aarde." Toen ze merkte hoe Rabbi Yehuda pijn leed, bad ze: "Moge het Jouw wil zijn, oh G'd, dat de aarde zal zwichten voor de wil van de hemel."

Toen zij zag dat de leerlingen bleven bidden voor het herstel van de rabbi, nam ze een aarde kruik en smeet die op de grond. Het geluid van de klap zorgde ervoor dat de geleerden stopten met het bidden en juist op dat moment kon Rabbi Yehuda eindelijk van deze wereld vertrekken.

De dood sluit slechts het hoofdstuk van dit fysieke leven af. Als het lichaam sterft, wordt de ziel geboren tot het eeuwig leven. Wanneer Ja'aqkov sterft, wordt de verantwoordelijkheid voor de bescherming van G'ds zegeningen aan de aartsvaders geplaatst in de handen van zijn nakomelingen, die weliswaar afscheid namen van zijn lichaam, maar zijn geest bewaren.

 

©Rabbi prof. Sprecher 2013
Copyright © 2013 Jodendom Online
 
 
Contact Zoeken Noachieden Online Beheer
 
Copyright © 2024 Jodendom Online. Alle rechten voorbehouden.