Op de achtste dag van de inwijding van het Misjkan, brengen Aharon, zijn zonen en heel het volk verschillende korbanot (offers), zoals Mosjé hen geboden had. Aharon en Mosjé zegenen het volk. Hasjem staat het volk toe om Zijn aanwezigheid waar te nemen, nadat zij en Misjkan hebben afgemaakt en dichter bij Hem te komen door middel van hun mitswot.
Nadav en Avihoe, twee zonen van Aharon bedenken en brengen een nieuw soort offer, dat Hasjem niet gevraagd had. Een vuur gaat uit van Hasjem en verteert hen, waarmee duideliujk wordt dat alleen die geboden mogen worden uitgevoerd die Mosjé heeft opgedragen. Mosjé troost Aharon, die in stilte treurt. Mosjé geeft de Cohaniem instructies hoe zij zich moeten gedragen tijdens hun rouwperiode, en waarschuwt hen dat zij geen sterke drank mogen drinken voordat zij in het Misjkan dienst gaan doen.
De Tora geeft de twee kenmerken van een kosjer dier: het heeft gespleten hoeven; het kauwt zijn voedsel, geeft het weer op en herkauwt het nog eens. De Tora specificeert de namen van niet-kosjere dieren die slechts één van beide kenmerken hebben. Een kosjere vis heeft vinnen en makkelijk te verwijderen schubben.
Alle vogels die niet voorkomen op de lijst van verboden families zijn toegestaan. De Tora verbiedt alle soorten insecten, met uitzondering van vier soorten sprinkhanen. Er worden details gegeven van het reinigingsproces nadat men in contact is gekomen met ritueel onreine dieren. Het Joodse volk wordt opgedragen zich af te scheiden en heilig te zijn - zoals Hasjem. |