De tweede beproeving volgens RaMBaM; vierde beproeving volgens Rasji Zoals eerder genoemd was Sarah Avrahams nicht. Toen er hongersnood in Kena'an uitbrak - Avraham en Sarah hadden zich nog niet geseattled - trokken zij door naar Egypte waar de para'o een oog op de mooie Sarah liet vallen. Avraham loog dat zij zijn zuster was, om hemzelf en haar niet in onnodige gevaar te brengen. RaMBaN leert ons dat het voor Avrahams een grote zonde geweest zou zijn als hij Sarah in onnodig gevaar zou hebben gebracht. Midrasj Hagadol leert dat in die dagen mannen vaker hun vrouw als hun zuster refereerden. Ondertussen behield Avraham een rotsvast geloof in Hasjem. |