De vrouwen zingen
De overeenkomst tussen de parasja en de haftara is het volgende:
In de parasja leren wij dat profetes (en zus van Aharon en Mosje) Mirjam (ook) een lied aanhief en met de vrouwen zongen. Volgens Sotah 11b is het de verdiensten van de vrouwen van die generatie waarom de Kinderen van Jisrael door Hasjem werden vrijgekocht. Al die jaren van onderdrukking hadden de vrouwen een groter geloof dan de mannen dat zij middels enorme wonderen ooit bevrijd zouden worden. Dat is de reden, leert Mechilta waarom het lied van de vrouwen – en niet de mannen – gepaard ging met trommels. De vrouwen waren zo zelf verzekerd dat Hasjem wonderen zou verrichten dat zij de trommels al hadden gemaakt voordat de wonderlijke gebeurtenissen zouden plaatsvinden om Hasjem zo toe te kunnen zingen. Sjelah leert ons ook dat het niet voor niets is dat Mirjam in vs. 21 de vrouwen als mannen aansprak: …lahem ipv lahen, wat zij (3e persoon meervoud) betekent. De vrouwen waren net zo superieur als de mannen.
In de haftara leren wij dat profetes Devorah Hasjem toezong na Hasjems wonderbare overwinning op koning Jabin en zijn generaal Sisera. Hier hebben wij al in Parasja Wajechi, onder de zegen van Ja’aqov voor Naftali kunnen lezen. In beide gevallen werden de Kinderen van Jisrael onderdrukt. Ook hier stonden het geloof en heiligheid van vrouwen centraal.
|