De zevende beproeving volgens Rasji Vs. 15:12...'ejmah... vrees!... Toen Hasjem met Avraham een verbond sloot mbv de gedeelde koe, geit, ram, hele tortel- en hele jonge duif, zag Avraham niet alleen mooie dingen over zijn nazaten, maar opeens had hij vrees. Avraham zag duisternis en de bitterheid van de galoet (verstrooiing). ...'ejmah chasjevah gedolah nofelet 'alajw... vrees, erge duisternis viel over hem... De Midrasjleert dat:
- 'ejmah, vrees, voor Bavel staat,
- gadol, erge (duisternis), voor Griekenland, want zij waren de Syriërs-Grieken van Antiochus die Joden onderdrukten waaruit het lichtfeest Chanoeka is ontstaan,
- chasjevah, duisternis, staat voor Medië-Persië en
- nofelet 'alajw, viel over hem, representeert Rome, omdat de diaspora voor ons overwelgend is, dat 2000 jaar geleden op een gruwelijke wijze door Rome is geïnitieerd.
Alle vier regeerden over Erets Jisrael. Bavel vernietigende de eerste Bejt hamiqdasj en Rome vernietigde de Tweede. Hasjem waarschuwt Avraham dat zijn nazaten door vier machten onderdrukt zullen worden wanneer zij zouden zondigen (RaMBaN).
|