Waarom verkochten de broers Joseef? Sforno geeft aan dat jaren later, wanneer de broers in Mitsrajiem werden aangehouden en zij hun daden waarom Hasjem hen heeft gestraft (42:2), kenden zij geen wroeging voor de verkoop an sich. Zij hadden alleen spijt dat zij voor de smeekbeden van Joseef geen oor hadden en deze negeerden. Eigenlijk vonden zij de verkoop hardvochtig, maar niet verkeerd. Zij beschouwden Joseef als een verrader en daarom een gevaar voor hen allen in de familie. Zij gingen er van uit dat het proces om verstotene binnen de familie, zoals Isjma'el en Esav, voor de uitverkiezing van Jisrael verbannen werd en dat dit proces wellicht ook in hun generatie zou doorgaan. Maw, zij dachten dat zij de uitverkorenen waren, ten opzichte van Joseef, zoals Ja'aqov ten opzichte van Esav en Jitschak ten opzichte van Isjma'el. Dat zij dit geheel verkeerd had en Joseef juist het meest overeen kwam met zijn vader, zullen wij volgend jaar bespreken.
|