Sjekaliem [eerste van de arba parasjot] |
|
 |
De eerste van de arba parasjot is parasjat Sjekaliem. Parasjat Sjekaliem bestaat uit de eerste zes pesoekiem van parasjat KIE TISA , waar gesproken wordt over de mitswa van de halve sjekel. Gedurende het bestaan van de Tempel was iedere Joodse man verplicht een halve sjekel te doneren ten behoeve van de aankoop van de korbanot tsibboer, de gemeente-offers. De halve sjekel bedroeg een gewicht van 9,6 gram zuiver zilver. Op 1 Adar werden de mensen herinnerd aan deze verplichting.
Men zou... |
|
|
|
|
De architecten van de Miskjan |
|
 |
“Mosje zei tot de kinderen Israëls: ‘Ziet, Hasjeem heeft met name benoemd Betsalel, de zoon van Oeri, de zoon van Choer van de stam Jehoeda’ ” ( 35:30 ). Wat bedoelt de Tora met het woord ‘ziet’? Volgens Kli Jakar (18e eeuw) betekent dit: ‘let op hun namen’. Namen zijn belangrijk. Uit de naam kan `s mensens aard of levensopdracht worden afgeleid. Wanneer ouders hun kind een naam geven heet dat een kleine profetie. Ook Betsalel kreeg... |
|
|
|
|
De Tempel en de Cherubijnen |
|
 |
De Tempel vormde het brandpunt van G’ds heiligheid. Hoe dichter men G’ds onzichtbare troon naderde des te strenger werden eisen van reinheid en heiliging. Met name voor de Koheen gadol, de Hogepriester, golden hoge eisen van morele en rituele zuiverheid. Vanuit onze profane, alledaagse, onreine menselijke sfeer kunnen wij niet zomaar G’d benaderen. Hoe dichter men de binnenste cirkel van heiligheid nadert, hoe meer men zich hierop moet voorbereiden. De opstelling van het... |
|
|
|
|
De eerste en tweede opdrachtenreeks voor de bouw van het Tabernakel |
|
 |
G’d stelde Betsalel en Oholiav als de hoofdopzichters voor de bouw van het Misjkan (de Tabernakel in de woestijn) aan. Ze waren vervuld van G’ddelijke inspiratie. Het volk bracht vrijwillige gaven. Maar het werd op een bepaald moment te veel. Mosjé gaf opdracht om de donaties te stoppen. De eerste en tweede opdrachtenreeks voor de bouw van het Tabernakel worden onderbroken door een tragische gebeurtenis, de zonde van het gouden kalf. Maar waarom worden alle details... |
|
|
|
|
Iedereen kent zijn kwartiertje roem |
|
 |
Betsaleel, de architect van het Misjkan, de Tabernakel, komt alleen bij de Tabernakelbouw voor. Verderop in de Tora horen we niets meer over Betsaleel?! ”Bouw Mij een Misjkan”. Wie moest dit bouwen? Een jongen van 13. Iedereen kende zijn familie. Zijn grootvader was Choer, de zoon van Kalev, die gedood werd toen hij het volk wou tegenhouden bij het gouden kalf. Zijn oma Mirjam, de vrouw van Choer, was de zuster van Mosje, een profetes die geholpen had het volk te bevrijden. Maar... |
|
|
|
|
De Sjabbat en de Misjkan [Tabernakel] |
|
 |
Waarom werden de vele details van Sjabbat pas na de vergeving van de zonde van het gouden kalf gegeven? Reeds eerder in de Tora – in Mara – had het volk al de opdracht om Sjabbat te houden gehoord! Na Jom Kippoer kon iedereen weer opgelucht adem halen. Hun zonde was vergeven! Iedereen was besimcha – in vreugde. Na de volledige tesjoeva konden ze met totale overgave alle moeilijke details van Sjabbat aanvaarden. “Dit zijn de zaken, die G’d geboden heeft om te... |
|
|
|
|
Is de Tabernakelbouw geen inbreuk op G'ds eenheid? |
|
 |
De Tora beschrijft de bouw van de Tabernakel. G’d verbond Zich met de wereld. Maar is dit geen inbreuk op G’ds eenheid? En waarom bestaan er zoveel verschillende gradaties van kedoesja, heiligheid? Waarom mocht een onreine de Tempel niet betreden? Rabbi Chaïm van Wolozhyn (1749-1821), een leerling van Rabbi Eliahoe, de Gaon van Wilna , schrijft in zijn werk Nefesj haChaïm: “De verbinding tussen G’d en de geschapen werelden wordt door onze Geleerden... |
|
|
|
|
Verschijningsplicht in de Tempel |
|
 |
Tegen het einde van de Sidra staat er de opdracht om “drie keer per jaar te verschijnen voor het aangezicht van de G’d van Israël” ( 34:23 ). Vlak daarvoor en daar vlak na verschijnen allerlei losse ge- en verboden die hier totaal geen verband mee lijken te hebben. De vraag is wat de grootste gemene deler hier is. Van de landbouwgaven moest het tweede tiende (Ma’aseer Sjeni) in het eerste, tweede, vierde en vijfde jaar van de zevenjarige Sjemita-cyclus op... |
|
|
|
|
Het gouden kalf: Harde klap tegen objectverering |
|
 |
Hasjeem was Mosjé dankbaar voor het verbrijzelen van de Stenen Tafelen: “Sjkojech - hartelijk dank Mosjé, dat jij de Tafelen kapot gegooid hebt” ( B.T. Jevamot 62a ). Mosjé claimde dat beeldaanbidders de Tora niet waard waren. Maar Aharon en de oudsten waren het daar totaal niet mee eens. Hun onenigheid ging zelfs zo ver, dat zij hem vast pakten om te voorkomen dat hij de Tafelen op de grond zou gooien. Mosjé was echter sterker, zowel geestelijk als... |
|
|
|
|
Verband tussen Poeriem en de Zondeval |
|
 |
Tijdens Poeriem lezen wij meerde malen de Megillat Esther, de Rol van Esther. Megillah komt van het megaleh, wat onthullen betekent. De Meggilat Esther onthult. Dit is heel merkwaardig, omdat op het eerste gezicht de Rol niets onthult. Zelfs Hasjems Naam wordt geen een keer genoemd. Er wordt niet openlijk over wonderen gesproken. Geen profetie lijkt te worden lezen zijn.
Terug in de tijd Om het verband tussen de verborgen en de onthulde wereld in Poeriem te begrijpen, gaan we helemaal... |
|
|
|
|
|
|