Pad der Oprechten [Mesillat Yesharim] deel 12 |
|
|
Inleiding 12, hoofdstuk 12 en 13 Hoofdstuk 12 is het kleinste hoofdstuk van het boek Mesilat Jesjariem. Dit hoofdstukje wordt besproken, nadat we de eerste 11 hoofdstukken uitvoerig hebben gesproken over de slechte middot.
Als eerste. Als je begrijpt waarom je reine handen en hart moet hebben, dan pas kun je reinheid bereiken. Het begrijpen is namelijk moeilijker dan de actie zelf... |
|
|
|
|
Posek Rav Chaim Kanievsky sjlita: Het is een mitswa om allijah te doen! |
|
|
Zoals we allemaal weten, kiezen vele frum Jidden helaas om in balling te leven. Wat nog veel tragischer is, is dat deze frum Jidden onder druk van hun kinderen in balling blijven wonen. Deze voortzetting van de ballingschap is chilloel Hasjem, het ontheiligen van Hasjem's Naam.
Veel van deze frum Jidden proberen dit goed te praten door te beweren dat zij juist Hasjem's wil doen, omdat het geen echte mitswa zou zijn [om alijah te maken] of dat het verhuizen naar Israël hun vroom... |
|
|
|
|
Wanneer lasjon hara een mitswa is |
|
|
Lasjon Hara – lett. 'kwade tong' [roddel] – wordt door de Zohar beschouwd als terrorisme en karaktermoord. Door lasjon hara kan je zelfs je deel in Olam Haba, de Komende Wereld, verliezen! Verder wordt er uitgelegd dat lasjon hara beschouwd wordt als 1 van de kardinale zonden [moord, afgoderij en immoraliteit]. Lasjon Hara valt namelijk onder afgoderij. Je erkent Hasjems Alomtegenwoordigheid niet, anders zal je wel 2 keer nadenken alvorens je je mond open zou doen. Daarbij... |
|
|
|
|
Waarom niet-gelovigen beperkt in hun denken zijn |
|
|
Reb Chaim [Brisker Rav] zei een keer: "deze tafel is een koe." Rabbi Yitzchak Zev Soloveitchik zei: "de tafel heeft dezelfde Talmoedische wetten als een koe." Rabbi Shimon Shkop zei: "de moleculen van de tafel kunnen op een andere volgorde opgebouwd worden om zo een koe te worden".
Rabbi Nachman leert dat de geest de opperbevelhebber is van het lichaam. De hersenen kent 3 belangrijke delen: de grote hersenen [cerebrum], de de kleine hersenen [cerebellum] en de hersenstam.... |
|
|
|
|
Tehilliem/Psalmen 11 |
|
|
Tehilliem 11 gaat met name over de vijanden van Dawied Hamelech die roddel en achterklap over hem spraken doordat zij zijn rol als koning ondermijnden. Deze slechte mensen erkennen niet de hasj ĝ acha pratiet , de persoonlijke G'ddelijke leiding en weigeren te accepteren dat Hasjem altijd en overal aanwezig is en direct betrokken is in menselijke aangelegenheden.
Met een grondvast vertrouwen in Hasjem waarin hij zijn toevlucht vond [ pasoek 1 ], geeft hij... |
|
|
|
|
Tehilliem/Psalmen 10 |
|
|
Rav Hirsch leert dat Tehilliem 9 betrekking heeft op de nationale geschiedenis van Bnej Jisrael waar zij te maken hebben met de dreigende volkeren om hen heen, maar Tehilliem 10 heeft betrekking op de dagelijkse persoonlijke sfeer van degene die het morele juk van zich af heeft gegooid en zelfs de weerlozen terroriseert.
Radak voegt daaraan toe dat deze Tehilliem van Dawied Hamelech een aansporing is om deze te reciteren in de momenten wanneer iemand zich bedreigd voelt door... |
|
|
|
|
Tehilliem/Psalmen 9 |
|
|
In de vorige Tehilliem, Tehilliem 8 , leerden we over de manifestatie van Hasjem in de natuur en dat deze atheïsten en de afgodendienaars [de vijanden van Hasjem] doet verbleken. Toch blijven zij brutaal tegen de Kadosj Baroech Hoe: “ Als de wereld inderdaad van Hasjem is, waarom leidt Hij de wereldgeschiedenis niet volgens een rechtvaardig plan?”
Hier heeft Dawied Hamelech middels Tehilliem 9 wel een antwoord op!
Hasjem's reden hoe Hij de wereld bestuurt Hij... |
|
|
|
|
Honden en het geheim van de opstanding der doden |
|
|
Hollandse Herders Mooi en belangrijke beeld verschijnt samen met de laatste plaag voor de Uittocht uit Mitsrajiem. Naast het feit dat paro' slecht was, stond hij ook bekent door zijn choetspah - brutaliteit. In de dierenwereld bestaat een dier die ook voor choetspah staat en dat is de hond. Na deze 10e plaag, voordat paro' Bnej Jisrael liet gaan, wordt in de Tora het volgende gezegd: "Oelchol bnej Jisrael, lo' jecherats-kelev lesjoni, leme'iesj we'ad behemah... Maar bij alle... |
|
|
|
|
Tehilliem/Psalmen 8 |
|
|
Wanneer je grondig nadenkt over Tehilliem 42:3 waarin staat dat mijn ziel dorst heeft naar G'd, de levende G'd, dan ga je je heel erg klein voelen. Je raakt doordrongen dat wij zwakke, obscure schepselen zijn met een zwak, minuscule intellect. Wij staan namelijk tegenover de aanwezigheid van Hem Die perfect en eindeloos is in Zijn Wijsheid.
In de Tehilliem waar wij nu over gaan hebben is Tehilliem 8 . De verzen 4-5 : “ Wanneer ik de hemel zie, de werk van Jouw vingers, de maan en... |
|
|
|
|
Tehilliem/Psalmen 7 |
|
|
De grootheid van Sja'oel Hamelech Tehilliem 7 is toegewijd aan Sja'oel Hamalech. Hoewel hij als koning werd afgezet en Dawied hem als zijn moeilijkste vijand beschouwde [ Mo'ed Katan 16b ], was Sja'oel Hamalech – dit ten opzichte van al zijn andere vijanden – een werkelijk groot en rechtvaardig man. In vele opzichten overtrof zijn uitmuntendheid Dawied Hamelech! Na zijn dood is hij op een gelijkwaardige plaats in Olam Haba terecht gekomen waar een van de grootste profeten van... |
|
|
|
|
|
|